We zijn allemaal wel eens bang geweest voor een toets of een eerste wedstrijd bij onze sportvereniging. Sommigen hebben alleen meer last van deze angsten dan anderen. Sommige kinderen op de basisschool kennen zo veel faalangst dat hun prestaties er puur en alleen onder lijden. In dit artikel lees je wat faalangst is, welke soorten faalangst er bestaan en hoe je hier mee om kunt gaan als docent.
Wat is faalangst bij kinderen?
Faalangst bij kinderen is simpelweg de angst om te falen. Deze angst is afhankelijk van bepaalde situaties. Wanneer een kind het gevoel heeft dat het moet presteren, maar niet de capaciteit heeft om het gewenste resultaat te behalen, spreken we van faalangst. Dit kan zelfs gekoppeld gaan met fysieke klachten, zoals hoofdpijn of buikpijn.
De oorzaken van faalangst verschillen per kind, per situatie. Het is iets dat is ontstaan en is doorontwikkeld in de hersenen van een kind. De aanleiding kan zijn dat het een negatieve situatie heeft ervaren waarbij het kind zich voor schut voelde staan. Dit kan een enkele gebeurtenis zijn die uit kan groeien tot een fundamentele sociale faalangst.
Ook kan de druk die ouders opleggen een grote rol spelen bij de faalangst van een kind. Ook al willen we natuurlijk allemaal dat ons kind zijn of haar best doet op school.
Tot slot kan een kind zelfs aanleg hebben om een dergelijke stressreactie te ervaren. Het belangrijkste is dat je samen met het kind kunt werken om deze faalangst te verminderen.
Het verschil tussen positieve en negatieve faalangst
Positieve faalangst
Positieve faalangst wordt gezien als de angst, of liever spanning, die een kind kan ervaren voor een bepaalde taak. Als het kind de taak alleen uitvoert, vergeet hij/zij vaak de angst en wordt de spanning omgezet in concentratie. Dit wordt ook wel ‘gezonde spanning’ genoemd, waar je waarschijnlijk wel vaker van hebt gehoord. Dit is ook de reden dat sommige mensen vinden dat dit niet te scharen valt onder faalangst. Toch hebben kinderen in beide gevallen last van compleet negatieve gedachten voor het uitvoeren van een bepaalde taak.
Negatieve faalangst
Negatieve faalangst is precies datgene waar je aan denkt als je de term faalangst hoort. Dit is de angst die doorzet als je bezig bent met een toets, een sportoefening of waar dan ook je het gevoel kan hebben te moeten presteren. Deze angst verdwijnt niet zomaar achter de staat van focus, maar houdt aan tot je het uiteindelijke resultaat hebt mogen vernemen. Negatieve faalangst zorgt er dus ook voor dat een kind onder zijn eigen vermogen presteert.
Welke soorten faalangst zie je bij kinderen?
De faalangst kan zich voordoen op verschillende terreinen. Op cognitief, sociaal en motorisch vlak kunnen kinderen de stress ervaren die hun prestaties in de weg zitten.
Cognitieve faalangst
Cognitieve faalangst is de angst gerelateerd aan alle schoolzaken. De werkjes die je in de banken van je klaslokaal moet maken, de toetsen, misschien het voorlezen in de klas. Opborrelde angst bij het uitvoeren van deze ‘cognitieve’ bezigheden valt uiteraard onder cognitieve faalangst.
Sociale faalangst
Sociale faalangst is ook zeker zelf te raden. Als het kind bang is voor het maken van contacten en de mening van anderen, dan spreken we van sociale faalangst. Kinderen kunnen hierdoor verlegen worden of zichzelf isoleren van anderen. Daarnaast gaat deze vorm van angst vaak gepaard met een laag zelfvertrouwen en subassertief gedrag. Het kind zal dus eerder toegeven aan de behoeftes van anderen, dan die van zijn- of haarzelf.
Motorische faalangst
Tot slot heb je motorische faalangst, alle angst die gekoppeld is aan het uitvoeren van lichamelijke taken, zoals sporten. De kinderen die hier last van hebben zijn niet zelfverzekerd over hun motoriek. Ze zijn vaak bang dat ze iets verkeerd doen bij een opdracht of zichzelf voor schut zetten bij een groepssport, zoals voetbal of basketbal. Terwijl, het is juist de angst die de kinderen blokkeert om hun volledige potentieel te gebruiken.
Hoe ga ik om met faalangst bij kinderen als docent?
Het kan als docent moeilijk zijn om faalangst te herkennen. De meeste kinderen durven niet uit te komen voor de stress die ze ervaren voor bepaalde taken. Er zijn wel veel manieren om samen en met kinderen individueel faalangst aan te pakken.
Het is allereerst erg belangrijk om in gesprek te gaan met je klas over dit onderwerp. Als je het bespreekbaar maakt, wordt het normaler om erover te spreken. De kinderen zullen erachter komen dat zij niet de enige zijn die faalangst ervaren. Ook erken je het probleem door erover het gesprek te openen en zal het gemakkelijker zijn voor een kind om over dit onderwerp te praten.
Geef complimentjes! Simple as that. Er kan altijd heel veel beter en we zijn nooit doorontwikkeld, maar er zijn ontzettend veel dingen die kinderen goed doen in de klas. De key is om dit te blijven stimuleren met genoeg complimentjes. Niet te vaak natuurlijk, waardoor het kind afhankelijk wordt van deze dopamine-boosters. Af en toe een paar complimentjes om het zelfvertrouwen van een kind wat vooruit te helpen.
Tot slot is het belangrijk om je klas duidelijk te maken dat falen mag. Je hoeft niet altijd een voldoende te halen en je hoeft ook niet bang te zijn dat anderen slecht over je zou denken. Het hele leven is gevuld met pieken en dalen, en allebei brengen ze evenveel mooie momenten en wijze lessen mee.